Katten.
Ik hou van hun zachte elegantie, hun eigenzinnigheid, hun onafhankelijkheid.
Ik had altijd 'vreemde' katten. Sommige exemplaren kruipen op je schoot voor uitgebreid geknuffel. De mijne nooit.
Mijn Musti. De eerste dagen een schichtig beest dat overal bang voor was. We gaven haar een naam, waar ze niet naar luisterde. Uiteindelijk kozen we gewoon onze eigen variant : Keun, Musti, Poes, kattebeest.
Na een tijdje leek het alsof ze mij 'gekozen' had. Als ik thuis was, was ze in mijn buurt.
Zat ik op mijn kamer, dan krabde ze aan de deur. Miauw. En ging op mijn papieren liggen. Slapen. Mee studeren. Een slimme kat :).
Ze ving vogels, die ze losliet in mijn buurt. Ze doodde muizen, die ze trots kwam tonen. Lief... Al is zo'n bloederig lijfje op je bed in het donker niet meteen een aangename ontdekking.
's Nachts sliep ze vaak bij mij. Achteraan, tussen mijn voeten. Ik moest heuse manoeuvers doen om de boze klauw te vermijden.
Ik was dol op mijn kat.
Ze werd oud. En toen kon ze niet meer.
Verdriet en tranen.
Dag vriendin.
Haar opvolger was opnieuw een 'vreemd' exemplaar. Geen gezelligheidsdier. Een kater, met hele gesprekken in zijn blik, die mijn gezelschap apprecieerde, op zijn manier. En af en toe ook eens op de mijne.
Sinds zijn verdwijnen is er even geen kat. In dit huis kan het niet. Maar het kriebelt. Want katten...
Zacht elegant, eigenzinnig, onafhankelijk.
Animal
Geen opmerkingen:
Een reactie posten